Vanaf een willekeurige dag leerde ik Marc kennen. Het gebeurde rustig, het ontwikkelde zich rustig. Er was iets tussen hem en mij. Het was allemaal goed, als hij er maar was. Ik was begin 20 en genoot van het leven, zoals het er toen was. We werden vrienden, rustig aan.
Op de een of andere manier pasten we in elkaar en ook de mensen om ons heen ervoeren dit.
Opeens, zonder te weten dat ik verliefd was, kusten we met elkaar. Het gevoel wat ik voor Marc had, was altijd een veilig, warm een heel liefdevol gevoel. Was hij er niet, dan miste er iets in me. Maar dat ik verliefd was, daar had ik niet bij stil gestaan.
Het was raar, want ergens was het net alsof ik mijn broer kuste, maar het was ook kloppend, want het voelde zo in elkaar. Het gevoel wat ik bij hem ervoer, werd door een kus bestendigd.
We kregen een relatie van minder dan een jaar. Een roerige relatie, waarin ik erg met mezelf geconfronteerd werd, maar net zo zeer Marc ook. Hoe thuis, hoe veilig ik me voelde bij hem, zo vervreemd werd het opeens door een fout die hij beging. Hoe, van alle mensen op de wereld was het mogelijk dat Marc, mijn maatje in alles, me had bedrogen en voorgelogen. Ik vocht innerlijk met mijn vertrouwen, wat jaren ervoor een afschuwelijk ongeluk had gehad met een jongen die totaal geen waardering voor me had. Daar draaide het allemaal om; hoe ver ging ik als het aankwam op waardering voor mezelf.
Het vertrouwen bleek moeilijk te lijmen, want op het moment, dat ik wat stukjes weer in elkaar had gepast, gebeurde weer iets waardoor het vertrouwen weer in elkaar stortte. De relatie eindigde en ik herinner me de paniek die door me heenging. Hoe kon ik leven, zonder Marc in mijn buurt. Er scheurde iets weg in me, ik was een deel van mezelf kwijt. Blijkbaar heeft hij dit ook gevoeld, want in mijn eenzaamheid kwam hij naast me staan en pakte mijn hand vast. Dat moment zal ik nooit vergeten. Ik wist, ondanks de hevige pijn, dat dit goed ging komen.
Het heeft enkele jaren mogen duren voordat Marc zichzelf kon vergeven, wat ik al lang had gedaan. Ik hield van hem en ondanks alle tegenspraak uit de omgeving ging ik voor deze liefde. De liefde zoals hij was gestart, in vriendschapsvorm. Een hele intense vriendschapsvorm en dat is het nog altijd. We passen nog in elkaar, maar zijn ook in vele delen los van elkaar, precies zoals het moet zijn. Mijn zielsvriend.
Vanaf een willekeurige dag, zo'n 10 jaartjes later, kijk ik in de ogen van een man. Ik herken dit gevoel en voel direct ook al het verdriet wat dit innerlijk met zich mee gaat brengen. Ik herken deze man, hij is ook zo iemand... Dat verdriet....ik kan het niet, mijn leven staat al op losse schroeven, ik gooi het gevoel weg. Deze man blijft nog een aantal jaartjes op de achtergrond aanwezig, niet aanwezig in mij, want ik was er nog niet klaar voor. Dan verdwijnt hij uit zicht voor een jaar. Fijn, ik had toch niets met hem, gelukkig....???! Ik dacht dit toen letterlijk. Deze gedachte had me wakker moeten schudden, want waarom gelukkig? Wat zou ik me druk maken over iemand die toch nietszeggend is voor me...was hij wel zo nietszeggend?
Intussen ben ik in het jaar, dat ik hem in de ogen keek gigantisch onderuit gegaan. Op een willekeurige dag schoot alle grond, al mijn bestaansrecht onder mijn voeten weg. Ik was totaal in paniek en alles wie ik was, leek weg. Ik ging op zoek; wie was ik eigenlijk, wat was er van mij over? Ik heb heel hard aan mezelf gewerkt en er opende zich delen in mij, waarvan ik nooit had durven hopen, dat ik die in me had. Ik ontdekte dat ik liefde in me droeg. Maar hoe ga je daarmee om, liefde voor anderen versus liefde voor mij?
Dan komt hij weer terug en ik voel dat het iets met me doet, al vraag ik me niet af waarom. Ik sta midden in mijn gezin en voel me goed. Ik heb veel geleerd van en over mezelf. Soms komt hij even een praatje maken en als hij dan wegloopt na een aantal zinnen, voel ik een spijt dat hij weer gaat. Maar mijn focus blijft bij mijn gezin, die hebben mij nodig. Heel langzaam opent zich iets in mijn hart voor deze man, Hans. Het voelt zo speciaal als ik in zijn buurt ben, zijn ogen raken me. Ik neem het voor wat het is, maar na een tijd is dit gevoel steeds dieper, waardoor ik het begin te erkennen.
Dan op een willekeurige dag, beslis ik aan mijn partner te vertellen over dit intense gevoel voor Hans. Hij kent dit wel, want hij kent me in mijn gevoel voor Marc. Vanaf dat gesprek gooi ik de deur, die al die tijd op een kier had gestaan, helemaal open. Ik heb mijn gevoel eerlijk opgebiecht aan mijn partner, nu mag ik het voelen. En dat doe ik ook met een klap. Ik voel niet, ik VOEL!!!!!!! Het katapulteert me ergens naartoe, al weet ik nog niet waar naartoe. Ik uit iets van mijn gevoel naar Hans, eerst nog heel subtiel. Maar in die subtiliteit blijk ik mijn gevoel in een rollercoaster te zetten. Iedere dag is een gekte, ik voel elke emotie in 1 dag aan me voorbijkomen. Ik schrijf het van me af, ik praat erover met mijn partner en ik uit stukjes aan Hans zelf. Deze stukjes worden steeds groter en steeds intenser. Ik kan niet anders dan recht doen aan mezelf. Ongeacht hoe hij er ook op kan reageren, ik moet hem dit stuk van mezelf laten zien. Het is denk ik niet makkelijk geweest voor Hans, maar ook voor mijn partner. Met stapjes en respect voor hun twee, zette ik steeds duidelijker mezelf neer.
Na een jaar geleefd te hebben in een rollercoaster ontdek ik een boek over tweelingziel ontmoetingen. Wat is dat? Dat gaat over mij?!!! Het zijn zo'n andere verhalen, maar dit gaat echt over mij!!!! Alles wat ik dat jaar heb ervaren, komt in 1 dag bij me terug. Het voelen dat we zielsverwanten van elkaar zijn, een liefde zo sterk dat ik ontplof, een verdriet zo intens dat ik oplos in het niets, herinneringen aan vorige levens met Hans, levensechte beelden die in mij afdraaien en die andere periodes niet zijn te vinden, het gevoel soms in een vacuüm van een andere dan de aardse beleving te worden gezogen, oude pijnstukken die me verscheuren, die me achtervolgen en die ik aan moet gaan, anders kan ik niet leven. Alles komt in 1 dag bij me terug. In één beweging valt er veel van me af en wordt er een immense erkenning van mijn gevoel voor in de plaats gezet. Daarna komt mijn grootste beproeving; leven met dit immense innerlijke weten in fel contrast met dat wat er uiterlijk waarneembaar is. Het uiterlijk waarneembare wordt steeds minder, terwijl ik innerlijk steeds meer mijn balans weet te vinden. Anderzijds haalt juist dit duidelijker wordend contrast me vaak weer uit mijn balans, om daarna weer mijn weg terug te vinden en de balans voor heel even te herstellen in mezelf.
Liefde is een sterk iets, dat weet ik uit mijn band met Marc. Niets kan ons ooit uit elkaar drijven, niets. Maar dit, mijn gevoel voor Hans is van de ene kant zo gelijkend, maar van de andere kant zo anders. Met Marc weet ik wat er is, het mag geleefd worden, we leven het ten volle, soms meer innerlijk, soms meer uiterlijk. Met Hans is de liefdesmotor sterker afgesteld, hij lijkt meer PK's te hebben, al rijdt hij heel gestaag, vaak met veel horten, stoten en gepruttel. Het lijkt uiterlijk niet veel op de kous te hebben, maar innerlijk brandt het vaak zo fel, dat ik het niet kan verdragen.
Gaandeweg vind je daar je weg in. Het verlangen blijft net zo fel aanwezig, maar je weet beter met deze energie om te gaan. Je leert het toe te laten, te huilen te dansen, te leven, weg te zinken, je leert het richting te geven i.p.v. het in te houden.
Uiterlijk lijkt er steeds minder kans te zijn om mezelf te mogen zijn. De berichtjes die ik hem stuur, mag ik na een tijd niet meer sturen. Het mag niet omdat ik innerlijk weet, dat dit nu niet meer zo vormgegeven dient te worden. Maar het mag ook niet meer, hij weert het af. Er lijkt minder ingang, maar innerlijk sta ik geen dag stil. Ik voel hem dag en nacht. Ik weet na een aantal maanden niet meer het onderscheid tussen hem en mij. Ik ben opgelost. Hierdoor word ik gedwongen om deze liefde voor mezelf te gaan toelaten. Ik mag mezelf eens op die plek zetten, waar hij staat. Het voelt vreemd, het voelt leeg, want als ik mezelf op die plek zet, voel ik hem niet meer zo sterk aanwezig. Toch leert iedere dag me, dat ik mezelf echt zo immens mag leren liefhebben en dat ik daarvoor niet hoef in te boeten aan liefde voor hem. Dit is nog in ontwikkeling, maar ik merk hoe meer ik de liefde voor mezelf durf toe te laten, hoe meer de liefde voor hem er mag zijn zonder verwachting, zonder snijdend verlangen vanuit gemis.
Zo duidelijk als dat het met Marc is, zo raadselachtig is het uiterlijke met Hans. Ieder subtiel teken is een fluistering vanuit mijn ziel. Dit mag ik met meer zekerheid aanhoren en aannemen, dan het geschreeuw van mijn hoofd. Nee, hij laat uiterlijk weinig zien, maar innerlijk ervaar ik het tegenovergestelde. Heb ik nu zo'n rijke fantasie? Ik ben vaak bang geweest, dat het dat was. Nu ben ik daar, dat ik weet, dat dit waarheid is. Veel meer waarheid dan de fysieke, tastbare wereld. Hij zal het me uiterlijk pas tonen op de willekeurige dag, dat ik voor 100% stabiel WEET en dat hij de angst in zichzelf heeft durven omzetten in liefde voor zijn ZIJN, zijn essentie. Dat is de dag, een willekeurige dag, die ergens ligt waar ik hem nog niet kan zien. Soms voelt deze dag vlak voor mijn deur staan, soms voelt hij in een ander leven, de tijd zal het me vertellen.
Met Marc kon het er zijn, maar werd het uiterlijk afgepakt, maar door de zielsband wint de liefde. Met Hans mag het uiterlijk niet zijn, maar wordt het innerlijk aangereikt vanuit de zielsband, vanuit een altijd durende liefde, zo lang totdat ik ZEKER WEET. En zoals in mijn website duidelijk naar voren komt, zit er nog veel wat ik heb te leren, voordat ik ZEKER WEET. Maar ik ben een heel eind op weg, het grootste stuk van de tocht heb ik bewandeld en me eigen gemaakt. Dat pakt niemand me meer af, net zo goed als dat niemand me deze zielenliefde meer afpakt. Deze liefde hoort bij mij, want dit ben ik. Dat behoeft geen stempels, dat IS.
Ik wil hier dan ook benadrukken, dat ik deze zielenliefdes niet kan categoriseren. Ik zou ze beknotten als ik dit zou proberen. Ik voel verschil in mijn hart en daardoor ervaar ik Hans als mijn dichtste schakel, en Marc als ziel die heel nauw aan me verbonden is, die heel erg dicht bij mij staat. Niet minder belangrijk dan Hans, maar ik weet dat er ergens die persoon is, die voor Marc het spiegelbeeld is, zoals Hans dit voor mij is. Bij Marc mis ik een stuk van mezelf als hij onbereikbaar is (wat enkel wel eens fysiek is geweest door reisafstand). Bij Hans zie ik mezelf, ervaar ik mezelf als ik hem aankijk, voel, of bij hem ben. We zijn meer identiek. Marc overlapt een deel in identiek zijn, maar we zijn ook duidelijk los van elkaar. Hans voelt volledig verbonden in elk facet van mijn zijn. Dit is hoe ik het ervaar, vraag me niet om het gevangen te zetten in hokjes. Daarom is tweelingziel enkel een uitdrukkingsvorm van de immense liefde die ik voor Hans ervaar, voor altijd blijvend. Tweelingziel is om recht te doen aan mijn beleving.
Op de een of andere manier pasten we in elkaar en ook de mensen om ons heen ervoeren dit.
Opeens, zonder te weten dat ik verliefd was, kusten we met elkaar. Het gevoel wat ik voor Marc had, was altijd een veilig, warm een heel liefdevol gevoel. Was hij er niet, dan miste er iets in me. Maar dat ik verliefd was, daar had ik niet bij stil gestaan.
Het was raar, want ergens was het net alsof ik mijn broer kuste, maar het was ook kloppend, want het voelde zo in elkaar. Het gevoel wat ik bij hem ervoer, werd door een kus bestendigd.
We kregen een relatie van minder dan een jaar. Een roerige relatie, waarin ik erg met mezelf geconfronteerd werd, maar net zo zeer Marc ook. Hoe thuis, hoe veilig ik me voelde bij hem, zo vervreemd werd het opeens door een fout die hij beging. Hoe, van alle mensen op de wereld was het mogelijk dat Marc, mijn maatje in alles, me had bedrogen en voorgelogen. Ik vocht innerlijk met mijn vertrouwen, wat jaren ervoor een afschuwelijk ongeluk had gehad met een jongen die totaal geen waardering voor me had. Daar draaide het allemaal om; hoe ver ging ik als het aankwam op waardering voor mezelf.
Het vertrouwen bleek moeilijk te lijmen, want op het moment, dat ik wat stukjes weer in elkaar had gepast, gebeurde weer iets waardoor het vertrouwen weer in elkaar stortte. De relatie eindigde en ik herinner me de paniek die door me heenging. Hoe kon ik leven, zonder Marc in mijn buurt. Er scheurde iets weg in me, ik was een deel van mezelf kwijt. Blijkbaar heeft hij dit ook gevoeld, want in mijn eenzaamheid kwam hij naast me staan en pakte mijn hand vast. Dat moment zal ik nooit vergeten. Ik wist, ondanks de hevige pijn, dat dit goed ging komen.
Het heeft enkele jaren mogen duren voordat Marc zichzelf kon vergeven, wat ik al lang had gedaan. Ik hield van hem en ondanks alle tegenspraak uit de omgeving ging ik voor deze liefde. De liefde zoals hij was gestart, in vriendschapsvorm. Een hele intense vriendschapsvorm en dat is het nog altijd. We passen nog in elkaar, maar zijn ook in vele delen los van elkaar, precies zoals het moet zijn. Mijn zielsvriend.
Vanaf een willekeurige dag, zo'n 10 jaartjes later, kijk ik in de ogen van een man. Ik herken dit gevoel en voel direct ook al het verdriet wat dit innerlijk met zich mee gaat brengen. Ik herken deze man, hij is ook zo iemand... Dat verdriet....ik kan het niet, mijn leven staat al op losse schroeven, ik gooi het gevoel weg. Deze man blijft nog een aantal jaartjes op de achtergrond aanwezig, niet aanwezig in mij, want ik was er nog niet klaar voor. Dan verdwijnt hij uit zicht voor een jaar. Fijn, ik had toch niets met hem, gelukkig....???! Ik dacht dit toen letterlijk. Deze gedachte had me wakker moeten schudden, want waarom gelukkig? Wat zou ik me druk maken over iemand die toch nietszeggend is voor me...was hij wel zo nietszeggend?
Intussen ben ik in het jaar, dat ik hem in de ogen keek gigantisch onderuit gegaan. Op een willekeurige dag schoot alle grond, al mijn bestaansrecht onder mijn voeten weg. Ik was totaal in paniek en alles wie ik was, leek weg. Ik ging op zoek; wie was ik eigenlijk, wat was er van mij over? Ik heb heel hard aan mezelf gewerkt en er opende zich delen in mij, waarvan ik nooit had durven hopen, dat ik die in me had. Ik ontdekte dat ik liefde in me droeg. Maar hoe ga je daarmee om, liefde voor anderen versus liefde voor mij?
Dan komt hij weer terug en ik voel dat het iets met me doet, al vraag ik me niet af waarom. Ik sta midden in mijn gezin en voel me goed. Ik heb veel geleerd van en over mezelf. Soms komt hij even een praatje maken en als hij dan wegloopt na een aantal zinnen, voel ik een spijt dat hij weer gaat. Maar mijn focus blijft bij mijn gezin, die hebben mij nodig. Heel langzaam opent zich iets in mijn hart voor deze man, Hans. Het voelt zo speciaal als ik in zijn buurt ben, zijn ogen raken me. Ik neem het voor wat het is, maar na een tijd is dit gevoel steeds dieper, waardoor ik het begin te erkennen.
Dan op een willekeurige dag, beslis ik aan mijn partner te vertellen over dit intense gevoel voor Hans. Hij kent dit wel, want hij kent me in mijn gevoel voor Marc. Vanaf dat gesprek gooi ik de deur, die al die tijd op een kier had gestaan, helemaal open. Ik heb mijn gevoel eerlijk opgebiecht aan mijn partner, nu mag ik het voelen. En dat doe ik ook met een klap. Ik voel niet, ik VOEL!!!!!!! Het katapulteert me ergens naartoe, al weet ik nog niet waar naartoe. Ik uit iets van mijn gevoel naar Hans, eerst nog heel subtiel. Maar in die subtiliteit blijk ik mijn gevoel in een rollercoaster te zetten. Iedere dag is een gekte, ik voel elke emotie in 1 dag aan me voorbijkomen. Ik schrijf het van me af, ik praat erover met mijn partner en ik uit stukjes aan Hans zelf. Deze stukjes worden steeds groter en steeds intenser. Ik kan niet anders dan recht doen aan mezelf. Ongeacht hoe hij er ook op kan reageren, ik moet hem dit stuk van mezelf laten zien. Het is denk ik niet makkelijk geweest voor Hans, maar ook voor mijn partner. Met stapjes en respect voor hun twee, zette ik steeds duidelijker mezelf neer.
Na een jaar geleefd te hebben in een rollercoaster ontdek ik een boek over tweelingziel ontmoetingen. Wat is dat? Dat gaat over mij?!!! Het zijn zo'n andere verhalen, maar dit gaat echt over mij!!!! Alles wat ik dat jaar heb ervaren, komt in 1 dag bij me terug. Het voelen dat we zielsverwanten van elkaar zijn, een liefde zo sterk dat ik ontplof, een verdriet zo intens dat ik oplos in het niets, herinneringen aan vorige levens met Hans, levensechte beelden die in mij afdraaien en die andere periodes niet zijn te vinden, het gevoel soms in een vacuüm van een andere dan de aardse beleving te worden gezogen, oude pijnstukken die me verscheuren, die me achtervolgen en die ik aan moet gaan, anders kan ik niet leven. Alles komt in 1 dag bij me terug. In één beweging valt er veel van me af en wordt er een immense erkenning van mijn gevoel voor in de plaats gezet. Daarna komt mijn grootste beproeving; leven met dit immense innerlijke weten in fel contrast met dat wat er uiterlijk waarneembaar is. Het uiterlijk waarneembare wordt steeds minder, terwijl ik innerlijk steeds meer mijn balans weet te vinden. Anderzijds haalt juist dit duidelijker wordend contrast me vaak weer uit mijn balans, om daarna weer mijn weg terug te vinden en de balans voor heel even te herstellen in mezelf.
Liefde is een sterk iets, dat weet ik uit mijn band met Marc. Niets kan ons ooit uit elkaar drijven, niets. Maar dit, mijn gevoel voor Hans is van de ene kant zo gelijkend, maar van de andere kant zo anders. Met Marc weet ik wat er is, het mag geleefd worden, we leven het ten volle, soms meer innerlijk, soms meer uiterlijk. Met Hans is de liefdesmotor sterker afgesteld, hij lijkt meer PK's te hebben, al rijdt hij heel gestaag, vaak met veel horten, stoten en gepruttel. Het lijkt uiterlijk niet veel op de kous te hebben, maar innerlijk brandt het vaak zo fel, dat ik het niet kan verdragen.
Gaandeweg vind je daar je weg in. Het verlangen blijft net zo fel aanwezig, maar je weet beter met deze energie om te gaan. Je leert het toe te laten, te huilen te dansen, te leven, weg te zinken, je leert het richting te geven i.p.v. het in te houden.
Uiterlijk lijkt er steeds minder kans te zijn om mezelf te mogen zijn. De berichtjes die ik hem stuur, mag ik na een tijd niet meer sturen. Het mag niet omdat ik innerlijk weet, dat dit nu niet meer zo vormgegeven dient te worden. Maar het mag ook niet meer, hij weert het af. Er lijkt minder ingang, maar innerlijk sta ik geen dag stil. Ik voel hem dag en nacht. Ik weet na een aantal maanden niet meer het onderscheid tussen hem en mij. Ik ben opgelost. Hierdoor word ik gedwongen om deze liefde voor mezelf te gaan toelaten. Ik mag mezelf eens op die plek zetten, waar hij staat. Het voelt vreemd, het voelt leeg, want als ik mezelf op die plek zet, voel ik hem niet meer zo sterk aanwezig. Toch leert iedere dag me, dat ik mezelf echt zo immens mag leren liefhebben en dat ik daarvoor niet hoef in te boeten aan liefde voor hem. Dit is nog in ontwikkeling, maar ik merk hoe meer ik de liefde voor mezelf durf toe te laten, hoe meer de liefde voor hem er mag zijn zonder verwachting, zonder snijdend verlangen vanuit gemis.
Zo duidelijk als dat het met Marc is, zo raadselachtig is het uiterlijke met Hans. Ieder subtiel teken is een fluistering vanuit mijn ziel. Dit mag ik met meer zekerheid aanhoren en aannemen, dan het geschreeuw van mijn hoofd. Nee, hij laat uiterlijk weinig zien, maar innerlijk ervaar ik het tegenovergestelde. Heb ik nu zo'n rijke fantasie? Ik ben vaak bang geweest, dat het dat was. Nu ben ik daar, dat ik weet, dat dit waarheid is. Veel meer waarheid dan de fysieke, tastbare wereld. Hij zal het me uiterlijk pas tonen op de willekeurige dag, dat ik voor 100% stabiel WEET en dat hij de angst in zichzelf heeft durven omzetten in liefde voor zijn ZIJN, zijn essentie. Dat is de dag, een willekeurige dag, die ergens ligt waar ik hem nog niet kan zien. Soms voelt deze dag vlak voor mijn deur staan, soms voelt hij in een ander leven, de tijd zal het me vertellen.
Met Marc kon het er zijn, maar werd het uiterlijk afgepakt, maar door de zielsband wint de liefde. Met Hans mag het uiterlijk niet zijn, maar wordt het innerlijk aangereikt vanuit de zielsband, vanuit een altijd durende liefde, zo lang totdat ik ZEKER WEET. En zoals in mijn website duidelijk naar voren komt, zit er nog veel wat ik heb te leren, voordat ik ZEKER WEET. Maar ik ben een heel eind op weg, het grootste stuk van de tocht heb ik bewandeld en me eigen gemaakt. Dat pakt niemand me meer af, net zo goed als dat niemand me deze zielenliefde meer afpakt. Deze liefde hoort bij mij, want dit ben ik. Dat behoeft geen stempels, dat IS.
Ik wil hier dan ook benadrukken, dat ik deze zielenliefdes niet kan categoriseren. Ik zou ze beknotten als ik dit zou proberen. Ik voel verschil in mijn hart en daardoor ervaar ik Hans als mijn dichtste schakel, en Marc als ziel die heel nauw aan me verbonden is, die heel erg dicht bij mij staat. Niet minder belangrijk dan Hans, maar ik weet dat er ergens die persoon is, die voor Marc het spiegelbeeld is, zoals Hans dit voor mij is. Bij Marc mis ik een stuk van mezelf als hij onbereikbaar is (wat enkel wel eens fysiek is geweest door reisafstand). Bij Hans zie ik mezelf, ervaar ik mezelf als ik hem aankijk, voel, of bij hem ben. We zijn meer identiek. Marc overlapt een deel in identiek zijn, maar we zijn ook duidelijk los van elkaar. Hans voelt volledig verbonden in elk facet van mijn zijn. Dit is hoe ik het ervaar, vraag me niet om het gevangen te zetten in hokjes. Daarom is tweelingziel enkel een uitdrukkingsvorm van de immense liefde die ik voor Hans ervaar, voor altijd blijvend. Tweelingziel is om recht te doen aan mijn beleving.